Pepijn Beekman van Occam Dx: ‘’We moeten de kansen benutten die nieuwe technologie ons biedt’’

In deze reeks interviews laten we de samenwerkingspartijen van ‘HealthTech in Society’ aan het woord. In deze eerste aflevering spreken we Pepijn Beekman, chief technology officer en medeoprichter van Occam Dx. Occam Dx is bezig met de ontwikkeling van een technologie voor het detecteren van virussen en bacteriën. ‘’Het is in de praktijk niet altijd bekend wat nieuwe technologie mogelijk maakt. Die kloof willen wij dichten.’’

Samen met vier collega’s werkt Pepijn Beekman bij Occam Dx aan de ontwikkeling van een lab-on-a-chip-systeem voor diagnostiek, gebaseerd op nanotechnologie, voor het detecteren van virussen en bacteriën. ‘’Onze technologie is uniek, dankzij nanotechnologie, omdat wij als enige virussen en bacteriën kunnen tellen. Dit geeft direct kwantitatieve informatie. In tegenstelling tot bijvoorbeeld een bestaande PCR-test, die veel omslachtiger is. Met onze test kunnen we de intacte virusdeeltjes daadwerkelijk tellen.’’

Wat is jullie doel met deze technologie?

‘’Uiteindelijk willen we zoveel mogelijk toepassingen goedgekeurd krijgen en onze technologie op zoveel mogelijk manieren inzetten voor de detectie van verschillende ziektes. We beginnen met COVID. Met onze technologie kunnen we uiteindelijk in een vroeg stadium detecteren of iemand besmet is. Met een PCR-test kan dit pas een week na besmetting. Wij denken dat we met onze gevoelige techniek al na een paar dagen of zelfs na één dag de infectie kunnen detecteren. We willen dit in 2026 in de praktijk brengen. We hopen dan een product in uitvoering te hebben, waarmee je met één monster via onze chip alle luchtweginfectieziektes kunt detecteren.’’

Waarom is dit belangrijk?

‘’Op deze manier is bijvoorbeeld een pandemie beter te managen. Er is dan behoefte aan een zeer betrouwbare testuitslag. Maar ook in het ziekenhuis, bij bijvoorbeeld een spoedpost, is het belangrijk om te kunnen testen welke virussen of bacteriën er precies aanwezig zijn bij patiënten. Datzelfde geldt voor verpleeghuizen; ook hier wil je een lokale epidemie voorkomen en is het nuttig om precies te weten welk virus er heerst onder de bewoners.’’

Waarom zijn jullie betrokken bij het SPRONG-programma HealthTech in Society?

‘’Dankzij het programma krijgen we input vanuit verschillende sectoren. Wij kunnen als ingenieurs vooral toepassingen en technologie bedenken en ontwikkelen. Maar als er geen vraag naar is of als het beter kan, dan moeten we daar rekening mee houden. We hebben input nodig vanuit verschillende hoeken en partijen, zoals van artsen en verpleegkundigen, ziekenhuismanagers en patiënten. Daarvoor is een zo breed mogelijk consortium, zoals HealthTech in Society, nuttig voor ons.’’

Hoe dragen jullie bij aan het geschikt en toegankelijk maken van technologische innovaties?

‘’Indirect gaan we met onze technologie zorgen voor de toegankelijkheid van goede zorg, namelijk door het bieden van een betere oplossing. We maken het voor een arts makkelijker om de juiste beslissing te nemen, waardoor er tijd wordt bespaard. Dit is nuttig voor de zorg in het algemeen. Onze technologie is goedkoper dan bestaande testen en kan eventueel ingezet worden als thuistest. We hopen daarmee bij te dragen aan de doelen van het programma.’’

Waarom zijn jullie in 2019 begonnen met de ontwikkeling van deze technologie?

‘’Tijdens ons promotieonderzoek aan Universiteit Twente zagen we dat er in het academisch lab veel mogelijk is. Hier konden we werken met de meest geavanceerde technologie. Maar wanneer we clinici in ziekenhuizen spraken, zagen we vaak dat zij nog steeds vijftig jaar oude technologie gebruiken. Het is in de praktijk niet altijd bekend wat nieuwe technologie mogelijk maakt. Het ontbreekt aan bewustzijn dat bestaande technologieën soms gigantisch tekortschieten. De kloof tussen wat toegepast wordt en wat mogelijk is wordt steeds groter, doordat de adaptatie van technologie langzamer gaat dan de ontwikkeling ervan. Die kloof willen wij dichten. Hiervoor is een algemene verandering in mind-set nodig. Zodat we de kansen kunnen benutten die nieuwe technologie ons biedt.  Hier ligt ook zeker een taak voor ons.’’

Is er in de praktijk behoefte aan jullie technologie?

‘’Er zijn nu geen technologieën beschikbaar die op een betaalbare manier de informatie geven die nodig is. We merken dat artsen enthousiast zijn over ons product. Doordat de ontwikkeling van technologie lang kan duren, moeten we het geduld van de praktijkpartners blijven vragen. Onze chip-technologie heeft zoveel toegevoegde waarde dat ik zeker verwacht dat het uiteindelijk in de praktijk gebruikt gaat worden. Maar dit zal nog veel werk van ons vragen. Hiervoor is het nuttig dat we binnen het programma ‘HealthTech in Society’ met veel verschillende partijen samenwerken.’’

Kijk hier voor meer informatie over Occam Dx (voorheen ECsens).

Afbeelding: Pepijn Beekman (links) en collega Dilu Mathew.

Tekst: Femke van Stratum

Meer weten over dit nieuwsbericht? Neem contact op!
088 019 8888 | 06 2308 2470 healthtechinsociety@saxion.nl

Gerelateerde nieuwsberichten

Bekijk alle nieuwsberichten

HealthTech in Society sluit zich...

HealthTech in Society sluit zich als partner aan bij de

Lees meer

‘’Dankzij de inzet van e-health...

In een reeks interviews laten we de samenwerkingspartijen van ‘HealthTech

Lees meer

Pharos: de Week van de...

Vandaag is de start van de Week van de Gezondheidsverschillen,

Lees meer

‘’Point of Care Technologie kan...

Hogeschool Saxion en de Hanzehogeschool Groningen bundelen hun krachten en

Lees meer